Rekening houden met de 3 basisbehoeften van elke medewerker is een eerste stap tegen té hoge werkdruk.
Als belangrijke buffer tegen een te hoge werkdruk, noemt Erwin Klappe in zijn “Handboek Werkgeluk” de drie psychologische basisbehoeften van elke medewerker:
• de behoefte aan autonomie (vrijheid en vertrouwen)
• een gevoel van competentie (uitdaging en waardering)
• een gevoel van verbinding (steun en voldoening)
Hier ligt dus een duidelijke taak voor de leidinggevende!
Zijn deze drie behoeften vervuld? Dan kan iemand best wat werkdruk aan!
Sturen op werkgeluk is volgens hem de enige manier om een aantrekkelijke werkgever te worden. In het “Handboek werkgeluk” staan inzichten over stress verminderen, het winnen van vertrouwen van werknemers en het neerzetten van een motiverende werkomgeving.
Energiegevers en energienemers
Werkdruk wordt vaak onterecht als tegenhanger van werkgeluk gezien. Het ontstaat wanneer je niet voldoet aan de eisen die jouw werk aan je stelt. Bijvoorbeeld wanneer je te weinig tijd hebt om je werk af te krijgen of het gewenste resultaat te behalen.
Een logisch gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt? ‘Niet per se’, zegt Klappe. ‘Een gezonde werkdruk hoeft geen probleem te zijn. Het betekent dat je wordt uitgedaagd en jouw vaardigheden ten volle benut.’
Het probleem zit ‘m volgens Klappe in een té hoge werkdruk: het resultaat van een structurele disbalans tussen energiegevers en energienemers. Kost jouw werk je meer energie dan dat het je oplevert? Dan ervaar je stress. Je loopt leeg. Daar heeft de hoeveelheid werkzaamheden niet direct iets mee te maken.
Het resultaat van een te hoge werkdruk? Een verminderde productiviteit, motivatie en weerbaarheid, met verzuim als onvermijdelijk gevolg. Dat wil jij natuurlijk voorkomen. Hoe?
Stress verminderen, de belangrijkste tip : Do less, then obsess.
Stel prioriteiten én houd je daaraan; doe dus minder. Uit onderzoek van Morten Hansen [Noors-Amerikaanse managementprofessor]] blijkt dat de toppresteerders in een organisatie een-voor-een hetzelfde principe hanteren: do less, then obsess. Concentreer je op een gering aantal kernactiviteiten waarmee je de meeste waarde toevoegt in jouw werk, krijg daar een gezonde ‘obsessie’ voor en zeg “nee” (tegen zaken met een lagere prioriteit).
Hoe werkt dit concreet?
Noteer op elke eerste werkdag van de maand wat het belangrijkste dat je in die maand op je werk moet bereiken? Schrijf dat op een vel papier en plak het op een muur waar je het elke dag kunt zien. Als de eerste werkdag van de volgende maand is aangebroken: schrijf dan op wat het belangrijkste is dat je in die maand moet bereiken. Enzovoort.
De belangrijkste tip anders geformuleerd: Ga experimenteren met nee te zeggen en wordt er langzaam beter in.
Maar wat nu als de mensen in jouw omgeving je blijven overvragen? ‘Dan zeg je “nee”. ‘Niet direct bij je leidinggevende of klant, maar stapsgewijs.’
Begin thuis en bij bevriende collega’s en vervolg je oefening bij collega’s die iets verder van je afstaan. Oefen ook bij collega’s die je bewonder om hun stevigheid en hun manier van duidelijk grenzen aangeven. Heb je op een gegeven moment voldoende vertrouwen? Dan geef jij je grenzen aan bij je leidinggevende of klant.
Zie het als een trap die je oploopt, waarbij de bovenste trede het spannendste is. Wat is de onderste trede die jij al wel durft te beklimmen?
Want onthoud: “verandering wordt pas echt als je het ook gaat doen”
Photo by Priscilla Du Preez 🇨🇦 on Unsplash