MBTI (Myers-Briggs type indicator)

De Myers-Briggs Type Indicator (MBTI) is een populair instrument voor persoonlijke ontwikkeling en zelfinzicht. Hoe mensen op het werk presteren, hangt niet alleen af van hun opleiding, vaardigheden en ervaring, maar wordt volgens dit model ook beïnvloed door hun eigen aard en voorkeuren. Deze aangeboren voorkeuren bepalen hoe zij situaties waarnemen, welke besluiten ze nemen en hoe ze zich opstellen ten opzichte van hun omgeving. Persoonlijke voorkeuren liggen aan de basis van hun gedragingen.

Hoewel MBTI nog steeds populair is, gebruiken wij niet dit instrument bij Streng Dijkerman & Partners voor assessment. MBTI gaat namelijk uit van verouderde en weerlegde inzichten over persoonlijkheid. Ook is dit model in de praktijk onbetrouwbaar. In dit artikel gaan we dieper in op de Myers-Briggs Type Indicator en waarom wij andere persoonlijkheidsmodellen toepassen.

MBTI-vragenlijst

De basis van de MBTI is een vragenlijst met 88 vragen opgevolgd door zelfonderzoek en interactieve coaching. De uitkomst is een uitspraak over je persoonlijkheidstype uitgedrukt in een afkorting van vier letters. Door begrip van de verschillen tussen persoonlijkheidstypen, zijn teams en individuen beter in staat om effectiever samen te werken, de communicatie te verbeteren en conflicten te verminderen. De Myers-Briggs Type Indicator is het meest gebruikte instrument ter wereld op het gebied van het begrijpen van persoonlijkheidsverschillen.

MBTI-Voorkeursparen

Aan de hand van de MBTI-vragenlijst worden voorkeuren van mensen voor 4 categorieën in kaart gebracht, de voorkeursparen. Geen van de voorkeuren is beter of slechter dan de andere. Hieronder beschrijven we de 4 MBTI-voorkeursparen.

E/I: Extraversie of introversie

Mensen kunnen worden ingedeeld in extravert of introvert. Extraverte mensen zijn vaak gericht op de buitenwereld en krijgen energie van interactie met mensen en activiteiten in hun omgeving. Ze zijn vaak sociaal, energiek en actiegericht. Introverte mensen richten zich meer op hun innerlijke wereld. Ze krijgen energie van het alleen zijn of in kleine groepen, en zijn vaak bedachtzaam, bedaard en analytisch.

S/N: Sensing of intuition

Mensen die voorkeur geven aan sensing vertrouwen vooral op concrete, feitelijke informatie en huidige realiteiten. Ze zijn vaak praktisch, detailgericht en gericht op ervaring en de vijf zintuigen.

Personen met een voorkeur voor intuïtie richten zich op mogelijkheden, verbanden en toekomstige implicaties. Ze zijn vaak abstract, denken in het groot en richten zich op patronen en betekenissen die niet direct waarneembaar zijn.

T/F: Thinking of feeling

Mensen met een voorkeur voor denken (thinking) nemen beslissingen op basis van logica en objectieve analyse. Ze zijn gericht op objectiviteit, rechtvaardigheid en onpartijdigheid.

Individuen die gevoel (feeling) verkiezen, baseren hun beslissingen meer op persoonlijke waarden en hoe keuzes anderen beïnvloeden. Ze zijn empathisch, medelevend en richten zich op harmonie en interpersoonlijke relaties.

J/P: Judging of perceiving

Mensen die de voorkeur geven aan oordelen (judging), houden van besluitvorming, structuur en georganiseerde benaderingen. Ze zijn vaak methodisch, planmatig en streven naar controle en voorspelbaarheid.

Degenen die waarneming (perceiving) verkiezen, staan open voor nieuwe informatie en ervaringen. Ze zijn flexibel, spontaan en aanpasbaar, en geven de voorkeur aan een vrije, ongestructureerde levensstijl.

MBTI-typen

Op basis hiervan kunnen 16 MBTI-persoonlijksheidstypen worden gedefinieerd. Hiervoor worden de letters van de voorkeuren gebruikt, bijvoorbeeld ESTJ. Iemand met het MBTI-profiel ESTJ is extravert (E), sensing (S), Thinking (T) en Judging (J). De 16 MBTI-typen kunnen als volgt worden weergegeven.

De achtergrondkleur representeert de dominante functie en de tekstkleur representeert de ondersteunende functie.

De Amerikaanse psycholoog David Keirsey ontwikkelde de Keirsey Temperament Sorter, waarin de 16 MBTI-typen eveneens een naam hebben.

Achtergrond en kritiek Myers-Briggs Type Indicator

Dit model is in de twintigste eeuw ontwikkeld door de Amerikaanse schrijfster Katharine Cook Briggs en haar dochter Isabel Briggs Myers. Hun model is geïnspireerd door het boek Psychological Types van de Zwitserse psychiater Carl Jung.

Hoewel de Myers-Briggs Type Indicator wereldwijd een zeer populair instrument is, is het model niet gestoeld op wetenschappelijk onderzoek. Ook ontbreekt wetenschappelijk bewijs dat het model ondersteunt. Daarnaast is MBTI bewezen onbetrouwbaar. Onderzoek toont aan dat tot 75% van de mensen die de test een tweede keer afnemen op een ander resultaat uitkomen. MBTI is daardoor geen goede voorspeller van gedrag of vaardigheden.

Bovendien is het idee dat persoonlijkheidskenmerken wederzijds exclusief zijn wetenschappelijk weerlegd. Volgens de Myers-Briggs Type Indicator ben je ofwel introvert ofwel extravert. In de praktijk verlopen persoonlijkheidstrekken echter via een continuüm, waarbij mensen meer of minder van een bepaalde persoonlijkheidstrek kunnen bezitten. Iemand die heel introvert is, valt volgens MBTI onder dezelfde categorie als iemand die een beetje introvert is. In het Myers-Briggs Type Indicator model gaan daardoor de nuances van persoonlijkheidskenmerken verloren.

Waarom is MBTI dan nog zo populair? Hiervoor zijn enkele verklaringen. Zo is het ten eerste een eenvoudig te begrijpen model. Hierdoor is het gemakkelijk te gebruiken. Daarnaast zijn de persoonlijkheidstypen zo algemeen beschreven, dat iedereen hierin wel wat herkent van zichtzelf. Dit staat bekend als het Forer-effect. Verder wordt MBTI door commerciële bedrijven slim en agressief in de markt gezet.

Bij Streng Dijkerman & Partners gebruiken we niet MBTI, maar talent motivatie analyse en enneagram voor assessment. Deze modellen zijn betrouwbaarder, een betere voorspeller van gedrag en in deze modellen zijn persoonlijkheidskenmerken niet wederzijds exclusief.